maandag, juli 06, 2009

De heerlijke kwelling van mijn helden

Simpel als het is: in de sport draait het om helden. Wat is de zin van kijken naar een sportprestatie wanneer het je niet interesseert wie er wint?

Het leven draait om helden. Personen als merken. Je identificeert je met een imago en versterkt daarmee je eigen identiteit. Veel van onze helden bekijken we overigens met scepsis – de politici waarop we stemmen, de presentator van die talkshow.

Andere merken zijn onverwoestbaar. Jezus gaat al een tijdje mee.

Zelf ben ik redelijk consequent in mijn sporthelden. Ik kies nog steeds voor Ajax, ook al is het een kille club die al anderhalf decennium met veel succes wordt gedesorganiseerd. Ik koos voor Michael Schumacher toen hij nog voor Benneton reed en bleef hem trouw, ook toen hij Damon Hill de vernieling in reed om de titel veilig te stellen.

Ik juichte voor Miguel Indurain, wiens overwinningen de Tour doodsaai maakten.

Mijn helden zijn nogal eens arrogant en met mijn steun kwel ik mezelf. Tegelijk toon ik karakter door ze te blijven steunen. Zo lever ik zelf voor de tv ook een prestatie. Feyenoordsupporters weten daar alles van.

Laatste voorbeeld: Andy Roddick. Binnen de tramrails was Roger Federer altijd mijn held. Door zijn dominante finesse doet ook hij een tikje arrogant aan, maar ik ben altijd trouw geweest. Tot zondag, want tijdens de finale van Wimbledon was ik voor Roddick.

Vroeger vond ik Roddick een ontzettende zak. Met zijn witte petje en weinig verfijnde speelwijze was hij voor mij de stereotype Amerikaan. Inmiddels weet ik dat zijn beperkingen een garantie zijn voor een constante worsteling. Gepassioneerd gaat hij de strijd aan met zichzelf. Roddick is mijn held.

Ook Roddick maakt het mij lastig: zijn vrouw haalde hij uit een catalogus – ze stond in bikini op de foto, waarop Roddick zijn management op haar afstuurde. Maar ik ben erg blij met mijn nieuw gevonden held. Als fan van de FedExpress had ik het veel te makkelijk.

Dit weekeinde zette het monster dat Tour de France heet zichzelf in beweging. Ik laat me er weer door opeten, maar bijna zat ik dit jaar stuurloos voor de buis. Oorzaak: een schrijnend gebrek aan heldenpotentieel in het peloton.

Iedereen zit geschorst thuis – wie meedoet is verdacht.

Nu is het mooie aan de wielersport dat helden daar in een stief kwartiertje geboren kunnen worden. Renner demarreert op col en het verhaal wordt geschreven. Met elke pedaalslag groeit het heldendom, thuis op de bank stroomt de adrenaline.

Uiteindelijk vond ik op de eerste dag van de Tour toch nog mijn held. Dankzij Bert Wagendorp, die een geniaal artikel over Lance Armstrong schreef. Hij zet Lance adequaat neer als een eergevoelige, wraakzuchtige, arrogante en bloedfanatieke control freak.

Lance is een held. Go Lance!
.

Geen opmerkingen: