woensdag, juli 30, 2008

Postbodes, voetballers en fietskoeriers

Fietskoerier, dat leek me wel wat. Dan keek ik een Amerikaanse film en dan racete door het beeld een blije kerel op een ontzettend stoere mountainbike van klant naar klant. Ik was een jaar of twaalf en ik dacht: een beetje fietsen op een toffe fiets, dat is niet verkeerd.

Mijn affectie voor het fietskoerierschap duurde meestal niet lang. De fietsende helden werden in de film steevast binnen tien minuten geschept door een terreinwagen gevuld met bandieten, die er vervolgens vandoor gingen met de buit – fietskoeriers vervoeren belangrijke spullen.

Bovendien realiseerde ik me al snel dat je als fietskoerier eigenlijk een soort veredelde postbode bent. Voetballer Danny Koevermans vindt dat een mooi beroep, en er zijn natuurlijk ergere dingen te bedenken, maar toch: postbode zijn is voor mij niet het gedroomde eindstation.

Ik denk ook dat er meer postbodes zijn die liever voetballer waren geweest, dan dat er voetballers zijn die liever postbode waren geweest. Dat is ook al een goede indicatie.

Nu ik er zo over nadenk: er zijn behoorlijk veel verschillen tussen voetballers en postbodes (voetballers maken hun meters in minder uren en verdienen een stuk beter), maar ook zat overeenkomsten.

Neem alleen het bekende postbodevoetbal. Of het feit dat voetballers graag golfen. Dat is ook met een karretje van hot naar her wandelen. Of neem anders Berry van Aerle. Need I say more?

Hoe dan ook, als fietskoerier mag je dan een veredelde postbode zijn, dat wil nog niet zeggen het een droombaan is. Het is heus niet alleen maar lekker op de fiets zitten. Allesbehalve. Je moet nu en dan van je fiets af, om jezelf met klotsende oksels, druipend, lekkend en gutsend van het zweet terug te vinden tegenover een suf mens achter een balie.

Hoi, ik heb een pakketje voor ene meneer Fred, zeg je dan. Waarop je hoort: Oké, doei! Zo gaat dat in het leven van een fietskoerier, de hele dag door.

En dan heb ik het nog niet over al die mensen die aan je vragen: En, kun je het nog een beetje bijfietsen?

Vermoedelijk was de fietskoerier die ik onlangs passeerde ook tot de conclusie gekomen dat zijn baantje niet alles was. Met zijn helm scheef op zijn kop en in een fletse outfit zuchtte hij mij voorbij in een te zware versnelling. Het zweet gutste uit alle poriën van zijn vadsige lijf.

Dit was niet het soort fietskoerier dat ik vroeger voor ogen had. Hij was vast ook niet het soort fietskoerier dat hij zelf voor ogen had, toen hij voor dit baantje werd gepolst. Maar goed, als ie zo door bleef peddelen, dan kon dat misschien nog komen.
.

dinsdag, juli 22, 2008

Veertig kilo hypocrisie: nooit lang leuk

Donderdagochtend werd Riccardo Ricco uit de Tour de France gehaald. Epo gebruikt. Een paar honderd journalisten en drie gendarmes klopten aan bij de bus van zijn ploeg en toen werd hij meegenomen.

Daar kon je op wachten, hoorde je her en der zeggen toen bekend werd dat een van de grootste blikvangers van de Tour de France betrapt was op dopinggebruik.

Je kon er ook niet op wachten. Het is immers ongelooflijk dat er in het opgejaagde peloton nog steeds figuren rondfietsen die blijven gebruiken, terwijl ze weten dat ze intensief worden gecontroleerd. Het is ook bizar dat ze op hun hotelkamer doodleuk spullen hebben liggen waar een gemiddeld Afrikaans ziekenhuis jaloers op zou worden.

Onbegrijpelijk, maar ze doen het dus toch.

De wielerwereld is een verziekte bende. Het is een wonder dat er nog bedrijven zijn die hun naam aan de Tour of een wielerploeg willen verbinden. Een wonder dat ze nog miljoenen steken in gegarandeerde imagoschade. En het is al helemaal een groot wonder dat de drommen mensen nog steeds langs de weg staan.

Zelfs ik ben al bijna afgehaakt. Dat zegt wel wat, want ik ben in dat soort dingen een tamelijk stugge volhouder. In een vorig wielertijdperk bleef ik voor Miguel Indurain, ook al reed ie voor de zoveelste keer met dezelfde grimas naar weer een Touroverwinning.

Ik bleef ook altijd voor Michael Schumacher, ook al was ie arrogant en soms onsportief op weg naar een titel 513 in een saai kampioenschap. En ik blijf voor Roger Federer, ook als ie alles al tien keer heeft gewonnen.

Maar dat fietsen, daarbij sta ik op het punt van afhaken. Ik geniet er niet meer van. Dopingkoning Bjarne Riis stampte vroeger volledig gedrogeerd als een dolle de berg op, en stapt nu rond als een groot tacticus. Alle renners – mannetjes van veertig kilo – die verontwaardigd reageren bij de zoveelste ontmaskering.

Er is nog een ding waar ik wel van geniet: het jagende peloton, dat tegen het einde van een etappe de sprinters in stelling wil brengen. Erg mooi vind ik dat.

Ongeveer 150 renners verworden samen tot een machtig, nerveus en ongecontroleerd organisme. Individuele renners bestaan niet meer, iedereen moet mee. Stuur aan stuur en schouder aan schouder rammen ze richting finish, vaak over straten waar je eigenlijk niet zo hard fietsen kunt. Straten waar de maximaal toegestane snelheid een stuk lager ligt dan de vliegende vaart van het peloton.

Op zulke momenten is het peloton een intens beest dat ik vanaf de bank graag op me af zie stormen. Maar dan wordt er gefinisht en denk ik al gauw weer aan de hematocrietwaarden van de renners, die zorgt voor een sterk verhoogde hypocrietwaarde van de Tour zelf.

Even later verschijnt Riis in beeld. This morning I told the boys this would happen. Doei.

woensdag, juli 16, 2008

Een pinda, een pinda, waarom neem je niet nog een pinda?

Dat je als zwangere vrouw niks mag is algemeen bekend. Je mag niet naar de sauna, niet de kattenbak verschonen en ook niet al te veel koffie drinken. Er is eigenlijk maar weinig dat wel mag: wachten tot het moment daar is om te baren, dat mag.

Ben je daar al mooi klaar mee, als zwangere vrouw, nu blijkt dat je ook geen pinda’s mag eten. Niet als je je kind wilt vrijwaren van astma tenminste. Inderdaad, zwanger + pinda = astma. Dat is wetenschappelijk onderzocht én het staat in de krant. Dus het is zo.

Kans op astma door pinda’s, noodklokt de kop. In het artikel wordt ook pindakaas genoemd (Calvé overweegt stappen en heeft het juridische team teruggeroepen van vakantie, de Chef Pinda is op zijn vakantieadres beschikbaar voor de pers), dus naar verwachting zijn voortaan ook pindakoeken, pindasaus en M&M’s taboe.

Daar word je natuurlijk niet blij van, als zwangere vrouw. Waren die hippe feestje altijd al een ramp zonder drank, sigaretten en een schone kattenbak, nu moet je ook nog die occasional graai in de schaal met noten laten. Dat is gewoon naatje.

En niet alleen zwangere vrouwen worden getroffen. Het nieuws heeft geleid tot onrust in de notenindustrie. Pindaproducenten en fabrikanten van borrelnoten, Japanse mixzakjes en notenmelanges vrezen de verwachte instortende vraag naar pinda’s onder zwangere vrouwen. Niet voor niets rept het artikel van ‘intensief pinda-etende moeders’.

Zwangere vrouwen vormen voor ons een belangrijke bron van inkomsten, verduidelijkt de woordvoerder van Pindalicious. Als je ziet wat er in die negen maanden naar binnen wordt gewerkt! Zonder zwangere vrouwen krijg ik geen dertiende maand.

Het Astmafonds twijfelt of de jaarlijkse pinda-actie moet doorgaan. Vooral de slogan ‘Een pinda, een pinda, waarom neem je niet nog een pinda, of anders een heel zakje?’ zou zwangere vrouwen met een tekort aan pinda in het verkeerde keelgat kunnen schieten.

Belangenverenigingen van zwangere vrouwen maken zich zorgen. Men vraagt zich af waarom het pindagevaar pas nu in zijn volle omvang duidelijk wordt. Samen met verschillende foetusgroeperingen wordt de regering gevraagd dit tot op de bodem uit te zoeken.

Belangenvereniging Redelijk Simpele Zwangere Vrouwen bereidt juist een kort geding voor dat moet leiden tot vernietiging van de onderzoeksresultaten. Een en ander is ingegeven door het comment van ‘Zwangoniempje’ op een webforum: Geen pinda’s meer? Wat moeten we dan in vredesnaam eten als er alleen nootjes in huis zijn en er niks op tv is? En nu zijn het de pinda’s maar wat volgt nog? Spekkies? Hagelslag?

Naast het kort geding wordt een bodemprocedure tegen de wetenschap als geheel voorbereid. Een woordvoerster van Redelijk Simpele Zwangere Vrouwen (uitgerekend over drie maanden): Al die dingen die niet meer mogen, dat komt alleen maar door die onderzoeken. Hetzelfde met het rookverbod. Het wordt tijd dat die wetenschappers niet meer zomaar alles mogen onderzoeken.

Aldi en Lidl melden dat er niks aan de hand is. In hun zakjes pinda’s heeft nog nooit een gram pinda gezeten.
.

dinsdag, juli 08, 2008

Homo video, de filmende mens

De allergrootste ben ik niet. Met 1.80 meter ben ik nou ook weer niet de allerkleinste, maar in grote menigtes sta ik toch al gauw tegen schouderbladen en ongeschoren nekken aan te kijken. Zo ook vorige dinsdag, tijdens het geniale concert van Radiohead in het Amsterdamse Westerpark.

Dat is geen probleem, vooral niet als je tactisch blijft schuifelen. Vervelender zijn bij zulke gelegenheden al die mensen die de helft van de tijd een telefoon of fototoestel boven hun hoofd houden om alles te kunnen filmen.

Ik heb er niet eens echt last van, maar ik snap het gewoon niet. De hele tijd staan ze naar dat kleine schermpje te kijken of de handel er wel een beetje goed op komt. Ondertussen missen ze alles waarvoor ze zijn gekomen.

Bijzondere gebeurtenissen, alledaagse dingen, iedereen filmt alles. Ik ervaar op dat gebied nog een beetje een drempel en ben daarmee blijkbaar de laatste. Neem nou woensdag, toen het zo regende. Ik had dat meisje kunnen filmen. Ze stond naast haar fiets toen vlak langs haar een auto door een enorme plas reed. Witheet was het meisje. En zeiknat.

Ik had even later ook die jongen kunnen filmen. Hij zat op zijn fiets met een helblauwe poncho om. Om zijn broek ook droog te houden, had hij de punten van het ding vast, op het stuur. Toen ik hem passeerde gutste net het reservoir aan water dat zich vlak voor hem had verzameld over zijn broek en schoenen.

Had een leuk filmpje kunnen worden.

Eén keer kwam ik onlangs echt in de verleiding, twee weken geleden op station Amsterdam Zuid. De roltrap naar boven was stuk: alleen via de lift of met de trap aan de andere kant van de stationshal kon je boven op het perron komen. Ik was naar boven gelopen en stond naast het trapsgat toen ik naast me een hoop geklik en geklak hoorde.

Het waren de hakken van een mevrouw, blijkbaar op de hoogte van lift noch trap. Vinnig probeerde ze boven te komen via de naar beneden gaande roltrap. Boven stond een groeiend publiek geamuseerd toe te kijken hoe mevrouw halverwege geen progressie meer boekte en als een cavia in een tredmolen op die roltrap omstapte.

Klik klak klik klak, en ze kwam geen centimeter dichter bij haar doel.

Uiteindelijk slaakte ze een diepe zucht, waarop de monteur haar wees op de trap verderop. Ik stopte mijn telefoon weer in mijn broekzak.