Hij vervolgt: Dit was het dagje wel, hè. Hij stelt het maar even vast, waarschijnlijk om de jongen voor mij aan te moedigen. De jongen kan zijn vaststelling alleen maar beamen. Ja, nou, zegt hij, en hij laat er een zucht op volgen. En nu?, gaat de eerste verder. De jongen zegt dat hij het ook niet weet. Ik vermoed dat hij bij ABN Amro werkt. Die bank is zojuist speelbal geworden.
Nee, nou ja, zegt de ING-jongen in een poging de dag te duiden. Het befaamde bloed door de straten, dat was ook wel even nodig. Nu doet hij overdreven ludiek, hopend dat het gesprek niet ongemakkelijk wordt.
We zijn inmiddels bovenaan de roltrap. De jongen van ABN bevestigt zijn gesprekspartner opnieuw, op een manier die doet vermoeden dat hij het helemaal niet zo nodig vond, dat befaamde bloed door de straten. Dan vervolgen de twee hun gesprek en loop ik de andere kant op.
Dit was gisteravond op Utrecht Centraal, aan het einde van een bizarre beursdag waarop bleek dat de crisis nu ook bij ons is geland. GROOTSTE VERLIES AEX INDEX SINDS 1987, hoofdletterde de NOS.
In de Verenigde Staten kreeg Bush zijn plan van 700 miljard dollar er niet doorheen. Het congres stemde tegen. Vreemd, want George W. had zijn plan nog wel zo goed onderbouwd, zo verklaarde hij na de stemming. We’ve got a big problem, so we came up with a big plan.
Bij ons was er vooral slecht nieuws voor Fortis. Die bank werd nog maar net behoed voor omvallen. En dat omvallen, dáár wilde ik het nou eens graag over hebben. Dat werkwoord is namelijk wat mij het meest bezighoudt aan deze crisis.
Want wat is dat toch, dat banken tegenwoordig omvallen? Dat woord slaat toch nergens op in dit verband? Ik ben overigens beslist niet de enige die dit vindt. Neem Jan Blokker, held van beroep. Hij schreef:
Als ongelukkigerwijs een bank in ernstige problemen komt, dan gaat zij over de kop, op de fles, naar de ratsmodee, de bliksem, de maan (of regelrecht god) – maar valt niet om.
Precies!
Omvallen, dat doen irritante voetballers, niet banken. Neem bijvoorbeeld Francesco Totti. Dat is een Italiaan die geweldig kan pingelen, maar je hoeft maar naar hem te kijken en hij valt om.
Als het aan mij ligt, valt er helemaal niets om. Alleen dominostenen. Daar komt de uitdrukking natuurlijk vandaan, maar voor banken is het woord simpelweg te lullig. Miljarden euro’s staan op het spel en iedereen heeft het maar over dat zachtaardige, goedmoedige omvallen. Alsof een paar mensen even de verkeerde kant op hebben gekeken.
Hé, jij zou toch op de bank letten? Nou sta je weer met je moeder te bellen en is de bank omgevallen. Hebben we dat weer. Ga de minister maar bellen.
Het is herfst, de banken vallen om.
.