dinsdag, september 16, 2008

Babbelmoekes en een mannenbroeder

Ieder jaar vraag ik me hetzelfde af: wat zijn dat voor mensen, die afreizen naar Den Haag om er met Koninginnedag langs de kant van de weg te gaan staan, met hun oranje hoedjes, oranje shirtjes en oranje boa’s, om te kijken naar onze vorstin in een kar?

Ik spreek trouwens over mensen, maar het gaat in dit geval vooral over vrouwen. Geen carrièrevrouwen of vrouwen die zich anderszins afficheren als powerladies, maar mutsen van een verschrikkelijke soort. Libellelezende plastic tuinstoelzittende gezelligzeggende babbelmoekes.

We komen hier ieder jaar, zag ik een groepje van die mutsen juichen op tv.

Overigens zijn het niet alléén maar vrouwen natuurlijk. Langs de route die de Gouden Koets aflegt zitten en staan ook mannen. Eén mannenbroeder kwam ik tegen op NU.nl. De 57-jarige man kwam in de Hofstad ‘herinneringen ophalen’. Hij was er vijf uur voor opgestaan.

Ik las het en liet een traan. Waarom, vroeg ik mij af. Waarom in vredesnaam?

Om elf uur vanochtend was Den Haag al volgestroomd met Oranjefans. Daar moeten ook mensen bij hebben gezeten die er speciaal een vrije dag voor opnamen.

Je ziet het voor je. Een maandagochtend in februari en Hettie zit met de rooie vlekken in haar nek achter haar bureau. Ze hoopt maar dat het mag, want de rest van het groepje heeft al vrij en gaat sowieso.

Frits? Ik wilde je iets vragen. Mag ik vrij, de derde dinsdag van september? En de woensdag erop ook? Dan gaan we nakletsen bij Annie – ik neem dan altijd zelfgebakken appeltaart mee – en de oranje spullen naar zolder brengen en de foto’s laten ontwikkelen. Zo gezellig.

Maar het kan natuurlijk altijd erger. Als je bijvoorbeeld behoort tot een van de Nederlandse studentenweerbaarheden, dan sta je de derde dinsdag van september een dag lang in de houding langs de route. Met in je nek die kletsmachines.
.

Geen opmerkingen: